Zaauien op de Akker van de Toekomst

Dit is een beschrijving van de teelt op Akker van de Toekomst.

Over Akker van de Toekomst

De Akker van de Toekomst heeft als doel om te experimenteren met maatregelen die leiden tot zo min mogelijk middelengebruik en kunstmest, minder water, minder fossiele brandstof en meer ruimte voor biodiversiteit. Hierbij wordt gestreefd naar een gelijkblijvend economisch resultaat. De Akker van de Toekomst is geen proefbedrijf, maar een demonstratiebedrijf. We willen hier laten zien wat mogelijk wel en niet kan. Door ook eerlijk te zijn in wat minder goed uitpakt wil de Akker van de Toekomst een betrouwbare inspiratiebron zijn voor bedrijven in de omgeving.

Op de Akker van de Toekomst wordt gebruik gemaakt van de LF20, een geautomatiseerde machine die voor verschillende doeleinden kan worden gebruikt. Zo wordt de LF20 ingezet voor zaaien, maar ook voor rollen, eggen, schoffelen, meststoffen verstrooien en spuiten. Omdat de robot volledig geautomatiseerd is kan dit in de toekomst voor de akkerbouw veel arbeid schelen. Ook kan de machine ’s nachts doorwerken wat zorgt voor een grote tijdbesparing. Door het gebruik van deze lichte machine en door het rijpadensysteem verbetert de lucht en waterhuishouding in de grond en zijn structuurherstellende maatregelen zoals diepe grondbewerking niet meer nodig.

Perceelgrootte:                         1 ha

Grondsoort:                             zavel

Afslibbaarheid:                         24%

Systeem:                                  vaste rijpaden, bedden van 3 meter /1.50 meter

Strokenteelt:                            Gewasstroken van 9 meter breed wisselen elkaar af

Teeltplan Peen 2023-2024

Voorvrucht

grasklaver

 

Rassenkeuze en zaadkeuze

Bij voorkeur wordt gekozen voor rassen die minder gevoelig zijn voor valse meeldauw. Voor 2024 gaan we wederom kiezen voor het ras Hylander. Je moet je er wel van bewust zijn dat de forse meerkosten van dergelijk zaad niet opwegen tegen de minderkosten van het gebruik van chemie. Dat heeft mn te maken met de marktstrategie van zaadbedrijven en de nog kleine hoeveelheden die gevraagd worden.

Qua zaadkeuze prefereren we de zg MOX-voorbehandeling tbv snelle en egale opkomst

 

Bemesting

We beschouwen de grasklaver als gewas dat en een prima structuur achterlaat (*1) en N-stikstof bindt (we rekenen voor het gewas uien met een effect van 100 kgN/ha. )

We kiezen ervoor om een basisbemesting te geven met kippemestkorrels (ter grootte van 50 kgN/ha) voor het zaaien.

Later wordt aan de hand van plantsapanalyses evt nog bijbemest; dat kan dan ook via de driptape gegeven worden

 

(*1) Dat kan in geval van de grasklaveroogst onder natte omstandigheden ook een vastgereden structuur (dus slecht) betekenen. Het is aldus van het grootste belang bij de grasklaverteelt zeggenschap te behouden onder welke omstandigheden en met welke apparatuur geoogst wordt

 

Hoofdgrondbewerking

Op de Akker van de Toekomst wordt geploegd met de ploeg van Wim Steverink, die 10cm diep ploegt.

Het voorkeurstijdstip van ploegen is in januari zodat de grond nog wat verweerd en bezakt zodat er redelijk makkelijk een gunstig zaaibed gemaakt kan worden. Gebruikelijk is dat er 25-30 cm diep geploegd wordt. Het voordeel van ondieper ploegen is dat het bodemleven minder word verstoord en sowieso beter bovenin blijft. De uitdaging is om met een degelijke ondiepe bewerking de vegetatie toch goed eronder te krijgen; kortom work in progress

 

Bewerking voor het zaaien en het zaaien

Op basis van tijdig ploegen moet het normaal gesproken mogelijk zijn om in 1 bewerking het zaaibed te maken.

We zaaien op een bed van 3 meter 6 zg dubbelrijen. Dat betekent dat we gebruik maken van een zaai-element waarbij er 2 rijtjes op een afstand van 11 cm gezaaid worden. Er wordt tussen de 2 rijtjes een driptape ondiep (3 cm) in de grond gebracht.

Om later gebruik te kunnen maken van de rijenspuit die doppen heeft op 37,5cm afstand hebben de zaai-elementen ook die onderlinge afstand tot elkaar. We kiezen ervoor om 2 ietwat verhoogde bedjes te maken waarop dan de 3 zaai-elementen lopen.  Daardoor is er betere  regen/water-opvang capaciteit en is het rooien vanuit losse grond beter gezekerd.

 

Onkruidbestrijding

Op de Akker van de Toekomst wordt de basis gelegd door indien nodig vlak voor opkomst te eggen of chemisch (Roundup) evt kleine onkruiden weg te “maken” Ook wordt er voor opkomst gespoten met een bodemherbicide (AZ).

Na opkomst kan dit naar gelang onkruid beoordeling evt herhaald worden met herbiciden (AZ, Basagran/lentagran/Starane, evt Centurion indien grassen aan de orde zijn).

In alle gevallen worden de  bespuitingen uitgevoerd met een rijenspuit zodat daardoor ruim 50% op middel-inzet wordt bespaard. Tussen de rijen in wordt geschoffeld.

Daarnaast is een interessante techniek, het spotsprayen” naar het lijkt succesvol komen bovendrijven in 2023. Waar mogelijk (tav herkenning verschil in onkruiden en gewas) brengt inzet van dit apparaat grote besparingen (tot wel 90%) in het vizier

 

Tripsbestrijding

Op de Akker van de Toekomst wordt gemonitord en vervolgens indien nodig gespoten (bij voorkeur rijen-gespoten indien het gewas nog redelijk klein is; later is volleveldsbespuiting aan de orde)

De keuze van middelen: Flipper en Tracer (is Batavia nog toegestaan? Dan heeft dat mijn voorkeur ivm lage MBP`s). We gaan zien of het voortdurend vochtig houden van de grond een positieve werking heeft op vermindering activiteiten van de trips.

 

Valse meeldauw en bladvlekken

Door de rassenkeuze is het gewas minder vatbaar voor valse meeldauw. De eerste bespuiting vindt wat later plaats dan normaal en er wordt gebruik gemaakt van langere intervallen tussen de bespuitingen. Bespuitingen vinden plaats op basis van besmettingsdruk en weersvoorspellingen. We verwachten dat er 1/2 minder bespuitingen nodig zijn en dus ook 1/2 minder actieve stof.  (middelenkeuzes: Fandango, Zorvec endavia, Amistar, Orondis plus)

Ook hier kan de inzet van de spotsprayer grote reducties met zich meebrengen mits vroegtijdige en accurate herkenning worden ontwikkeld.

 

Beregening

In de Avdt worden driptapes gelegd tijdens het zaaien? We verwachten ongeveer 90% energie en 30% aan water uit te sparen tov de standaard beregen-methode. Daarnaast biedt de installatie nog mogelijkheden om fertigatie uit te voeren.

 

Oogsten

De uien worden in twee fasen gerooid: ze worden eerst op zwad gelegd en daarna opgeraapt.  Er wordt alleen op de rijpaden gereden. Dit zorgt voor veel minder bodemverdichting dan de gebruikelijke rooitechnieken met op elke 1,5 m een spoor (door rooien) gevolgd door een oplaadapparaat met naastrijdende zware kipwagens.

 

Na de oogst

Na het rooien wordt de grond vlak naast het rijspoor “gelicht” en het bed licht bewerkt met een rotoreg en ingezaaid met een groenbemestermengsel; dat kan met één machine combinatie en kost relatief weinig brandstof.